De bij wordt vaak verward met een wesp. Van de bij moet je echter minder angst hebben.
Meer bepaald de honingbij die hier het vaakst voorkomt, is slank gebouwd met een lichtbehaard bruin tot zwart lijf. Ze bouwt haar nest meestal in de nabijheid van bloemen en vermijdt de mens over het algemeen. Dit maakt het geen agressief beestje, maar bij bedreiging van zichzelf of van het nest zal ze steken. Wanneer ze gestoken heeft, verliest ze haar angel en sterft ze.
Wanneer bijen een nest bouwen, dan gebruiken ze dit voor meerdere jaren. Ze bouwen hun bijenkorf in de nabijheid van bloemen. De hiërarchie binnen zo'n bijenkorf is gelijkaardig aan die van de wespen, net als de takenverdeling. De mannetjes of 'darren' komen tijdens de zomer tevoorschijn, zij paren dan met de koninginnen ('moeren'), maar spelen ook een rol bij de temperatuurregeling in de kolonie. Als er dan een tekort aan stuifmeel is, worden de darren verwijderd uit het nest. De grootte van een bijenkolonie bedraagt tijdens de winter een 10 000-tal werksterbijen en één moer. In de zomermaanden kan dit aantal snel oplopen tot 80 000 werksterbijen en enkele honderden darren.
Bijen hebben als hoofdtaak het bestuiven van bloemen, planten, fruitbomen, enz.. Op deze manier dragen ze bij tot onze voedselproductie, die bijdrage loopt zelfs op tot 30%. Een bij voedt zich met de nectar, stuifmeel en andere zoete afscheidingen (honingdauw). Wij kweken ook honingbijen voor hun honing.
Bijen zijn een beschermde diersoort die niet bestreden mogen worden, de wetgeving geeft enkel toestemming om bijen te bestrijden indien er direct gevaar dreigt voor de omgeving en wanneer er geen andere oplossingen zijn zoals het verplaatsen van de korf.